Statenvertaling.nl

sample header image

Inleiding 1 Kronieken – Statenvertaling editie 1637

Op deze pagina kunt u de Statenvertaling raadplegen in de editie van 1637 en/of 1657. De edities 1637, 1657 en de GBS-editie kunnen naar keuze parallel worden weergegeven. (Bij parallelweergave worden bij een vers eerst de kanttekeningen met verwijsteksten getoond, daarna de verklarende kanttekeningen.)

Edities SV:    

Bijbelboek:    

Hoofdstuk: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29
Inleiding Bijbelboek
Weergave: Met kanttekeningenZonder kanttekeningen

Het Eerste Boeck der CHRONIKEN

Inhoudt deses Boecks.

DIT eerste Boeck, ende het naest-volgende, zijn by de Hebreen maer een Boeck: doch het is van ouden tijden in twee boecken gedeylt geworden, ende wort by de Hebreen genoemt De woorden der dagen: By de Griecken Paraleipomena: Ende by ons De Boecken der Chroniken. De woorden der dagen, Dat is, der tijden, dat is, sulcx alsser van tijt tot tijt in de Kercke Godes, in de landen, ende steden Israëls, gedenckweerdigs gepasseert is. De Griecken noemen dese boecken Paraleipomena, dat is, voorby-gegane. ofte, na-gelatene dingen, Om dat in deselve verhaelt worden verscheydene dingen, die inde voorgaende boecken der H. Schrift, om redenen, voorby-gegaen ofte na-gelaten zijnde, nochtans wel weerdig zijn beschreven, ende der Gemeynte Godes medegedeylt te worden. VVy noemense De Boecken der Chroniken, gelijck oock deselve by de Latinen, ende andere Natien genoemt worden, dat is, Beschrijvingen der tijden, om dat in deselve kortelick verhaelt worden verscheydene gedenck-weerdige saken, die in d’oude tijden geschiet zijn. VVie dat het gene dat in dese Boecken staet, vergadert ofte by een gebracht hebbe, en weetmen niet sekerlick, maer men houdt het daer voor, dat Ezras ’t selve geschreven, ende der Gemeynte Godes na-gelaten hebbe: Daer toe gebruyckende niet alleene de vijf boecken Mosis, maer oock de boecken ende na-gelatene Schriften van verscheydene Propheten, die voor hem geleeft, ende de gedenck-weerdichste geschiedenissen harer tijden in het lange ende breede by geschrifte gestelt hebben, maer tot onze nochte tot onser voor-vaderen handen niet gekomen en zijn. ’T gene dat geseyt is van het vergaderen deser Bybelscher Chronijcken uyt de Schriften van andere Propheten, dat blijckt daer uyt, dat in dese boecken elcke reyse aldus staet: Het overige sijner woorden, ofte daden, staet geschreven in het boeck van Gad, van Iddo, Iesaias, etc. VVat dit eerste boeck der Chronijcken aengaet, in de eerste negen Capittelen worden beschreven de afkomsten, ende geslacht-registers veler voorvaderen van Adam af tot op Abraham, ende daer na de afcomelingen Abrahams uyt Iacob, in verscheydene Stammen afgedeylt, ’t welck in geene van de voorgaende boecken soo wijtloopich nochte volckomelick geschiet en is. Daer na wort in dit eerste Boeck beschreven de regeringe des Conincks Davids, ende hoe hy voor sijn doot, door het ingeven des heyligen Geestes, alles seer bequamelick, soo in de kercke, als in de politye, hebbe geordineert: Mitsgaders den grooten voorraet dien hy na-gelaten heeft tot de op-bouwinge des Tempels, den welcken sijn sone Salomo binnen Ierusalem bouwen soude, ter eere ende tot den suyveren dienst des alleen waren Godes van Israël. So dat dit eerste Boeck der Chroniken, gaende van sommiger rekeninge, in den tijdt van twee duysent negen hondert vijf ende tachtentich jaer.
In dit eerste Boeck der Chronijcken wort ons in het korte voor oogen gestelt, het begin der Kercke Godes, ende hoe deselve na den Sundt-vloet in het huys ende nakomelingen Sems zy behouden ende bewaert, ende voortaen in het huys ende geslachte Abrahams, ende by namen in de nakomelingen Abrahams van Iacob, tot op David, uyt wiens nakomelingen IESUS CHRISTUS moeste geboren worden, gelijck hem belooft ende toe-geseyt was.

Einde inleiding 1 Kronieken