Statenvertaling.nl

codex alexandrinus

1 Timotheüs 4 – Griekse tekst en Statenvertaling

Op deze pagina wordt de Griekse tekst van het Nieuwe Testament en de Statenvertaling parallel weergegeven. De Griekse tekst is de reconstructie van de door de vertalers gevolgde tekst. Deze tekst is gebaseerd op de Textus Receptus edities van de 16e en begin 17e eeuw. De verschillen tussen de belangrijkste edities van de Textus Receptus zijn in noten vermeld (zie bijvoorbeeld Matth. 1:11, 23 en 2:11).
(Afkortingen in de noten: St=Stephanus 1550, 1551, B=Beza 1565 t/m 1604, Elz=Elzevir 1624, 1633, Sc=Scrivener 1881, M=Meerderheidstekst, edd=edities, kt=kanttekening.)

Bijbelboek:    

Hoofdstuk: 1 2 3 4 5 6
Weergave: Grieks en Statenvertaling zonder kanttekeningen
Grieks en Statenvertaling met kanttekeningen

1 Timotheüs 4

 De afval in de laatste tijden
1 Τὸ δὲ Πνεῦμα ῥητῶς λέγει, ὅτι ἐν ὑστέροις καιροῖς ἀποστήσονταί τινες τῆς πίστεως, προσέχοντες πνεύμασι πλάνοις καὶ διδασκαλίαις δαιμονίων, 1 DOCHa de Geest zegt duidelijk, dat in de laatste tijden sommigen zullen bafvallen van het geloof, zich begevende tot verleidende geesten en leringen der duivelen, a 2 Tim. 3:1. 2 Petr. 3:3. Jud. vs. 18. b Matth. 24:23. 2 Thess. 2:3. verwijsteksten
2 ἐν ὑποκρίσει ψευδολόγων, κεκαυτηριασμένων τὴν ἰδίαν συνείδησιν, 2 Door geveinsdheid der leugensprekers, hebbende hun eigen consciëntie als met een brandijzer toegeschroeid;
3 κωλυόντων γαμεῖν, ἀπέχεσθαι βρωμάτων, ἃ ὁ Θεὸς ἔκτισεν εἰς μετάληψιν μετὰ εὐχαριστίας τοῖς πιστοῖς καὶ ἐπεγνωκόσι τὴν ἀλήθειαν. 3 Verbiedende te huwen, gebiedende van spijzen te onthouden, die God geschapen heeft ctot nuttiging dmet dankzegging, voor de gelovigen en die de waarheid hebben bekend. c Gen. 1:29; 9:3. d Rom. 14:6. 1 Kor. 10:30. verwijsteksten
4 ὅτι πᾶν κτίσμα Θεοῦ καλόν, καὶ οὐδὲν ἀπόβλητον, μετὰ εὐχαριστίας λαμβανόμενον· 4 eWant alle schepsel Gods is goed, en er is niets verwerpelijk, met dankzegging genomen zijnde; e Gen. 1:31. Hand. 10:15. Rom. 14:14. verwijsteksten
5 ἁγιάζεται γὰρ διὰ λόγου Θεοῦ καὶ ἐντεύξεως. 5 Want het wordt geheiligd door het Woord Gods en door het gebed.
  
De taak van Timótheüs
6 Ταῦτα ὑποτιθέμενος τοῖς ἀδελφοῖς καλὸς ἔσῃ διάκονος Ἰησοῦ Χριστοῦ, ἐντρεφόμενος τοῖς λόγοις τῆς πίστεως, καὶ τῆς καλῆς διδασκαλίας ᾗ παρηκολούθηκας. 6 Als gij deze dingen den broederen voorstelt, zo zult gij een goed dienaar van Jezus Christus zijn, fopgevoed in de woorden des geloofs en der goede leer, welke gij achtervolgd hebt. f 2 Tim. 1:5; 3:14, 15. verwijsteksten
7 τοὺς δὲ βεβήλους καὶ γραώδεις μύθους παραιτοῦ. γύμναζε δὲ σεαυτὸν πρὸς εὐσέβειαν· 7 gMaar verwerp de ongoddelijke en oudwijfse fabelen; en oefen uzelven tot godzaligheid. g 1 Tim. 1:4; 6:20. 2 Tim. 2:16. Tit. 1:14; 3:9. verwijsteksten
8 ἡ γὰρ σωματικὴ γυμνασία πρὸς ὀλίγον ἐστὶν ὠφέλιμος· ἡ δὲ εὐσέβεια πρὸς πάντα ὠφέλιμός ἐστιν, ἐπαγγελίαν ἔχουσα ζωῆς τῆς νῦν καὶ τῆς μελλούσης. 8 hWant de lichamelijke oefening is tot weinig nut, maar de godzaligheid is tot alle dingen nut, hebbende de belofte des tegenwoordigen en des toekomenden levens. h Kol. 2:23. verwijsteksten
9 πιστὸς ὁ λόγος καὶ πάσης ἀποδοχῆς ἄξιος. 9 Dit is een getrouw woord en alle aanneming waardig.
10 εἰς τοῦτο γὰρ καὶ κοπιῶμεν καὶ ὀνειδιζόμεθα, ὅτι ἠλπίκαμεν ἐπὶ Θεῷ ζῶντι, ὅς ἐστι σωτὴρ πάντων ἀνθρώπων, μάλιστα πιστῶν. 10 Want hiertoe arbeiden wij ook, en worden gesmaad omdat wij gehoopt hebben op den levenden God, Die een Behouder is aller mensen, maar allermeest der gelovigen.
11 παράγγελλε ταῦτα καὶ δίδασκε. 11 Beveel deze dingen en leer ze.
12 μηδείς σου τῆς νεότητος καταφρονείτω, ἀλλὰ τύπος γίνου τῶν πιστῶν ἐν λόγῳ, ἐν ἀναστροφῇ, ἐν ἀγάπῃ, ἐν πνεύματι, ἐν πίστει, ἐν ἁγνείᾳ. 12 iNiemand verachte uw jonkheid; kmaar zijt een voorbeeld der gelovigen in het woord, in wandel, in liefde, in den geest, in geloof, in reinheid. i Tit. 2:15. k Tit. 2:7. 1 Petr. 5:3. verwijsteksten
13 ἕως ἔρχομαι, πρόσεχε τῇ ἀναγνώσει, τῇ παρακλήσει, τῇ διδασκαλίᾳ. 13 Houd aan in het lezen, in het vermanen, in het leren, totdat ik kom.
14 μὴ ἀμέλει τοῦ ἐν σοὶ χαρίσματος, ὃ ἐδόθη σοι διὰ προφητείας μετὰ ἐπιθέσεως τῶν χειρῶν τοῦ πρεσβυτερίου. 14 Verzuim de gave niet die in u is, die u gegeven is door de profetie lmet oplegging der handen van de ouderlingschap. l Hand. 6:6; 8:17; 13:3; 19:6. 1 Tim. 5:22. 2 Tim. 1:6. verwijsteksten
15 ταῦτα μελέτα, ἐν τούτοις ἴσθι, ἵνα σου ἡ προκοπὴ φανερὰ ᾖ ἐν πᾶσιν. 15 Bedenk deze dingen, wees hierin bezig, opdat uw toenemen openbaar zij in alles.
16 ἔπεχε σεαυτῷ καὶ τῇ διδασκαλίᾳ. ἐπίμενε αὐτοῖς· τοῦτο γὰρ ποιῶν καὶ σεαυτὸν σώσεις καὶ τοὺς ἀκούοντάς σου. 16 Heb acht op uzelven en op de leer, volhard in deze; want dat doende zult gij én uzelven behouden én die u horen.

Einde 1 Timotheüs 4