Statenvertaling.nl

codex alexandrinus

Filippenzen 4 – Griekse tekst en Statenvertaling

Op deze pagina wordt de Griekse tekst van het Nieuwe Testament en de Statenvertaling parallel weergegeven. De Griekse tekst is de reconstructie van de door de vertalers gevolgde tekst. Deze tekst is gebaseerd op de Textus Receptus edities van de 16e en begin 17e eeuw. De verschillen tussen de belangrijkste edities van de Textus Receptus zijn in noten vermeld (zie bijvoorbeeld Matth. 1:11, 23 en 2:11).
(Afkortingen in de noten: St=Stephanus 1550, 1551, B=Beza 1565 t/m 1604, Elz=Elzevir 1624, 1633, Sc=Scrivener 1881, M=Meerderheidstekst, edd=edities, kt=kanttekening.)

Bijbelboek:    

Hoofdstuk: 1 2 3 4
Weergave: Grieks en Statenvertaling zonder kanttekeningen
Grieks en Statenvertaling met kanttekeningen

Filippenzen 4

 Vermaningen
1 Ὥστε, ἀδελφοί μου ἀγαπητοὶ καὶ ἐπιπόθητοι, χαρὰ καὶ στέφανός μου, οὕτω στήκετε ἐν Κυρίῳ, ἀγαπητοί. 1 ZO dan, mijn geliefde en zeer gewenste broeders, mijn blijdschap aen kroon, staat alzo in den Heere, geliefden. a 1 Thess. 2:19. verwijsteksten
2 Εὐοδίαν παρακαλῶ, καὶ Συντύχην παρακαλῶ, τὸ αὐτὸ φρονεῖν ἐν Κυρίῳ. 2 Ik vermaan Euódia en ik vermaan Syntyche, dat zij eensgezind zijn in den Heere.
3 καὶ ἐρωτῶ καί σε, σύζυγε γνήσιε, συλλαμβάνου αὐταῖς, αἵτινες ἐν τῷ εὐαγγελίῳ συνήθλησάν μοι, μετὰ καὶ Κλήμεντος, καὶ τῶν λοιπῶν συνεργῶν μου, ὧν τὰ ὀνόματα ἐν βίβλῳ ζωῆς. 3 En ik bid ook u, gij mijn oprechte metgezel, zijt dezen vrouwen behulpzaam, die met mij gestreden hebben in het Evangelie, ook met Clemens en de andere mijn medearbeiders, welker namen bzijn in het boek des levens. b Ex. 32:32. Ps. 69:29. Openb. 3:5; 20:12; 21:27. verwijsteksten
4 Χαίρετε ἐν Κυρίῳ πάντοτε· πάλιν ἐρῶ, χαίρετε. 4 cVerblijdt u in den Heere allen tijd; wederom zeg ik: Verblijdt u. c 1 Thess. 5:16. verwijsteksten
5 τὸ ἐπιεικὲς ὑμῶν γνωσθήτω πᾶσιν ἀνθρώποις. ὁ Κύριος ἐγγύς. 5 Uw bescheidenheid zij allen mensen bekend. dDe Heere is nabij. d 1 Kor. 10:11. Hebr. 10:25. verwijsteksten
6 μηδὲν μεριμνᾶτε, ἀλλ’ ἐν παντὶ τῇ προσευχῇ καὶ τῇ δεήσει μετὰ εὐχαριστίας τὰ αἰτήματα ὑμῶν γνωριζέσθω πρὸς τὸν Θεόν. 6 eWeest in geen ding bezorgd, maar laat uw begeerten in alles door bidden en smeken, met dankzegging, bekend worden bij God. e Ps. 55:23. Matth. 6:25. 1 Tim. 6:8, 17. 1 Petr. 5:7. verwijsteksten
7 καὶ ἡ εἰρήνη τοῦ Θεοῦ, ἡ ὑπερέχουσα πάντα νοῦν, φρουρήσει τὰς καρδίας ὑμῶν καὶ τὰ νοήματα ὑμῶν ἐν Χριστῷ Ἰησοῦ. 7 fEn de vrede Gods, die alle verstand te boven gaat, zal uw harten en uw zinnen bewaren in Christus Jezus. f Joh. 14:27. Rom. 5:1. Ef. 2:14. verwijsteksten
8 Τὸ λοιπόν, ἀδελφοί, ὅσα ἐστὶν ἀληθῆ, ὅσα σεμνά, ὅσα δίκαια, ὅσα ἁγνά, ὅσα προσφιλῆ, ὅσα εὔφημα, εἴ τις ἀρετὴ καὶ εἴ τις ἔπαινος, ταῦτα λογίζεσθε. 8 Voorts, broeders, al wat waarachtig is, gal wat eerlijk is, al wat rechtvaardig is, al wat hrein is, al wat lieflijk is, al wat wél luidt, zo er enige deugd is en zo er enige lof is, bedenkt datzelve. g Rom. 13:13. h 1 Thess. 4:3, 4, 5. verwijsteksten
9 ἃ καὶ ἐμάθετε καὶ παρελάβετε καὶ ἠκούσατε καὶ εἴδετε ἐν ἐμοί, ταῦτα πράσσετε· καὶ ὁ Θεὸς τῆς εἰρήνης ἔσται μεθ’ ὑμῶν. 9 Hetgeen gij ook geleerd en ontvangen en gehoord en in mij gezien hebt, doet dat; en de God des vredes zal met u zijn.
  
Dank voor de ontvangen gaven
10 Ἐχάρην δὲ ἐν Κυρίῳ μεγάλως, ὅτι ἤδη ποτὲ ἀνεθάλετε τὸ ὑπὲρ ἐμοῦ φρονεῖν· ἐφ’ ᾧ καὶ ἐφρονεῖτε, ἠκαιρεῖσθε δέ. 10 En ik ben grotelijks verblijd geweest in den Heere, dat gij nu eenmaal wederom verwakkerd zijt iom aan mij te gedenken; waaraan gij ook gedacht hebt, maar gij hebt de gelegenheid niet gehad. i 2 Kor. 11:9. verwijsteksten
11 οὐχ ὅτι καθ’ ὑστέρησιν λέγω· ἐγὼ γὰρ ἔμαθον, ἐν οἷς εἰμί, αὐτάρκης εἶναι. 11 Niet dat ik dit zeg vanwege gebrek; want ik kheb geleerd vergenoegd te zijn in hetgeen ik ben. k 1 Tim. 6:6. verwijsteksten
12 οἶδα *δὲ ταπεινοῦσθαι, οἶδα καὶ περισσεύειν· ἐν παντὶ καὶ ἐν πᾶσι μεμύημαι καὶ χορτάζεσθαι καὶ πεινᾷν, καὶ περισσεύειν καὶ ὑστερεῖσθαι.
* δὲ St, B, Elz | καὶ Sc, M
12 En ik weet lvernederd te worden, ik weet ook overvloed te hebben; alleszins en in alles ben ik onderwezen, beide verzadigd te zijn en honger te lijden, beide overvloed te hebben en gebrek te lijden. l 1 Kor. 4:11. 2 Kor. 11:27. verwijsteksten
13 πάντα ἰσχύω ἐν τῷ ἐνδυναμοῦντί με Χριστῷ. 13 Ik vermag alle dingen door Christus, Die mij kracht geeft.
14 πλὴν καλῶς ἐποιήσατε συγκοινωνήσαντές μου τῇ θλίψει. 14 Nochtans hebt gij wel gedaan, dat gij met mijn verdrukking gemeenschap gehad hebt.
15 οἴδατε δὲ καὶ ὑμεῖς, Φιλιππήσιοι, ὅτι ἐν ἀρχῇ τοῦ εὐαγγελίου, ὅτε ἐξῆλθον ἀπὸ Μακεδονίας, οὐδεμία μοι ἐκκλησία ἐκοινώνησεν εἰς λόγον δόσεως καὶ λήψεως, εἰ μὴ ὑμεῖς μόνοι· 15 mEn ook gij, Filippenzen, weet dat in het begin des Evangelies, toen ik van Macedónië vertrokken ben, geen gemeente mij iets medegedeeld heeft tot rekening van uitgaaf en ontvangst, dan gij alleen. m 2 Kor. 11:9. verwijsteksten
16 ὅτι καὶ ἐν Θεσσαλονίκῃ καὶ ἅπαξ καὶ δὶς εἰς τὴν χρείαν μοι ἐπέμψατε. 16 Want ook in Thessaloníca hebt gij mij eenmaal en andermaal gezonden tot nooddruft.
17 οὐχ ὅτι ἐπιζητῶ τὸ δόμα, ἀλλ’ ἐπιζητῶ τὸν καρπὸν τὸν πλεονάζοντα εἰς λόγον ὑμῶν. 17 Niet dat ik de gave zoek, maar ik zoek de vrucht die overvloedig is tot uw rekening.
18 ἀπέχω δὲ πάντα καὶ περισσεύω· πεπλήρωμαι, δεξάμενος παρὰ Ἐπαφροδίτου τὰ παρ’ ὑμῶν, ὀσμὴν εὐωδίας, θυσίαν δεκτήν, εὐάρεστον τῷ Θεῷ. 18 Maar ik heb alles ontvangen, en ik heb overvloed; ik ben vervuld geworden, als ik van Epafrodítus ontvangen heb wat van u gezonden was, nals een welriekenden reuk, een aangename offerande, Gode welbehaaglijk. n Hebr. 13:16. verwijsteksten
19 ὁ δὲ Θεός μου πληρώσει πᾶσαν χρείαν ὑμῶν κατὰ τὸν πλοῦτον αὐτοῦ ἐν δόξῃ, ἐν Χριστῷ Ἰησοῦ. 19 Doch mijn God zal naar Zijn rijkdom vervullen al uw nooddruft, in heerlijkheid door Christus Jezus.
20 τῷ δὲ Θεῷ καὶ Πατρὶ ἡμῶν ἡ δόξα εἰς τοὺς αἰῶνας τῶν αἰώνων. ἀμήν. 20 Onzen God nu en Vader zij de heerlijkheid in alle eeuwigheid. Amen.
  
Groeten en zegenbede
21 Ἀσπάσασθε πάντα ἅγιον ἐν Χριστῷ Ἰησοῦ. ἀσπάζονται ὑμᾶς οἱ σὺν ἐμοὶ ἀδελφοί. 21 Groet alle heiligen in Christus Jezus. U groeten de broeders die met mij zijn.
22 ἀσπάζονται ὑμᾶς πάντες οἱ ἅγιοι, μάλιστα δὲ οἱ ἐκ τῆς Καίσαρος οἰκίας. 22 Al de heiligen groeten u, en meest die van het huis des keizers zijn.
23 Ἡ χάρις τοῦ Κυρίου ἡμῶν Ἰησοῦ Χριστοῦ μετὰ πάντων ὑμῶν. ἀμήν. 23 De genade van onzen Heere Jezus Christus zij met u allen. Amen.

Einde Filippenzen 4