Statenvertaling.nl

sample header image

Inleiding Deuteronomium – Statenvertaling

Op deze pagina kunt u de Statenvertaling met kanttekeningen online raadplegen in de editie van de GBS (Gereformeerde Bijbelstichting).

Bijbelboek:    

Hoofdstuk: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34
Inleiding Bijbelboek
Weergave: Met kanttekeningenParallelZonder kanttekeningenAlleen Bijbeltekst

Het vijfde boek van Mozes, genaamd Deuteronomium

Inhoud van dit boek

DIT boek wordt met een Grieks woord genoemd DEUTERONOMIUM, dat is, tweede of herhaalde wet; omdat Mozes de wetten Gods die in de voorgaande boeken beschreven zijn, hier kortelijk herhaalt, verklaart, en het volk met een bijzonderen ijver en vele zeer heilige beweegredenen getrouwelijk en onverdrietelijk inscherpt. Zodat dit boek met recht een kort wetboek in het bijzonder mag genoemd worden. Dit heeft Mozes gedaan in de twee laatste maanden van het veertigste jaar na den uittocht der kinderen Israëls uit Egypte, in de velden der Moabieten, als hij nu Israël tot aan de palen van het land Kanaän had gebracht, en al de wederspannige Israëlieten, volgens Gods dreigementen en eed, in de woestijn waren omgekomen; om het volk dat in de woestijn was opgewassen, en voor een deel aan deze zijde van de Jordaan zou blijven en voor het meeste deel door Jozua in het beloofde land zou worden ingevoerd, kort voor zijn dood van hun schuldigen plicht volkomenlijk te onderwijzen, wetende dat hij haast sterven, en over de Jordaan in het land Kanaän niet komen zou.
Eerstelijk dan stelt hij het volk voor ogen de grote veelvoudige weldaden die God aan hen deze veertig jaren had bewezen, mitsgaders de straffen die den wederspannigen waren overkomen; om henlieden tot vlijtige opmerking en gehoorzaamheid aan de Goddelijke geboden te bereiden, hfdst. 1; 2; 3. Daarna herhaalt en verklaart hij niet alleen de zedelijke wet der tien geboden, maar ook de ceremoniële wetten, aangaande den uiterlijken godsdienst, alsook de politieke of burgerlijke wetten, en krijgsordinantiën, mitsgaders het ambt der regenten en rechters; hier en daar invoegende enige nieuwe wetten, en zeer heftige vermaningen en betuigingen, met een zeer aanmerkelijke profetie van het Hoofd aller profeten, onzen Heere JEZUS CHRISTUS. Dit alles bevestigt hij veelvoudiglijk met beloften van Gods overvloedigen zegen, indien zij Hem zouden aanhangen en gehoorzamen, en met dreiging van Zijn zwaren vloek, indien zij van Hem zouden afwijken en Zijn verbond verbreken, tot het 31ste hfdst. Eindelijk stelt hij Jozua in zijn plaats, levert het wetboek aan de priesters en Levieten, met bevel van dat in het allerheiligste weg te leggen en op zekeren tijd het ganse volk voor te lezen. Hij schrijft ook en leert den kinderen Israëls een zeer heerlijk profetisch lied, voorzeggende wat hun overkomen zou tot op de komst van JEZUS CHRISTUS en de beroeping der heidenen. Hij zegent de twaalf stammen, en het beloofde land van den berg Nebo gezien hebbende, sterft aldaar, wordt van God begraven en van het volk beweend; en Jozua treedt in zijn plaats.

Einde inleiding Deuteronomium