Statenvertaling.nl

sample header image

Psalm 97 – Statenvertaling

Op deze pagina kunt u de Statenvertaling met kanttekeningen online raadplegen in de editie van de GBS (Gereformeerde Bijbelstichting).

Bijbelboek:    

Hoofdstuk: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 60 61 62 63 64 65 66 67 68 69 70 71 72 73 74 75 76 77 78 79 80 81 82 83 84 85 86 87 88 89 90 91 92 93 94 95 96 97 98 99 100 101 102 103 104 105 106 107 108 109 110 111 112 113 114 115 116 117 118 119 120 121 122 123 124 125 126 127 128 129 130 131 132 133 134 135 136 137 138 139 140 141 142 143 144 145 146 147 148 149 150
Inleiding Bijbelboek
Weergave: Met kanttekeningenParallelZonder kanttekeningenAlleen Bijbeltekst

Psalm 97

Dit hoofdstuk voorgelezen (m):

 

Een beschrijving der majesteit van het Rijk Gods, en de vreugd der godzaligen vanwege Zijn gerechtigheid en gericht over de afgodendienaars; mitsgaders een vermaning tot godzaligheid en geestelijke blijdschap.
 
De majesteit van het Rijk Gods
1 DEa HEERE 1regeert, de aarde verheuge zich; dat vele 2eilanden zich verblijden.
a Ps. 93:1; 96:10. verwijsteksten
1 Dat is, Hij bewijst metterdaad dat Hij Koning is, niet alleen van het volk van Israël, maar van de ganse wereld.
2 Dat is, volken en natiën in de eilanden wonende, als Jes. 42:4; 60:9. verwijsteksten
 
2 3Rondom Hem zijn 4wolken en donkerheid, 5gerechtigheid en gericht zijn de 6vastigheid Zijns troons.
3 Zie dergelijke beschrijving van de macht en majesteit Gods Ps. 18:8, 9, enz. verwijsteksten
4 Hebr. een wolk.
5 Zie de aant. Gen. 18 op vers 19. verwijsteksten
6 Of: het steunsel, of: het fundament.
 
3 7Een vuur gaat voor Zijn aangezicht heen, en het steekt Zijn wederpartijen rondom aan brand.
7 Versta door het vuur de gestrenge wraak en straf Gods.
 
4 bZijn bliksemen verlichten de wereld; chet aardrijk 8ziet ze en 9het beeft.
b Openb. 4:5. verwijsteksten
c Ps. 77:17. verwijsteksten
8 Te weten de bliksemen.
9 Of: het wordt angstig, te weten als een vrouw die het barenswee overkomt.
 
5 De bergen smelten als was voor het aanschijn des HEEREN, voor het aanschijn des Heeren der ganse aarde.
6 dDe 10hemelen verkondigen Zijn gerechtigheid, en alle volken zien Zijn eer.
d Ps. 19:2; 50:6. verwijsteksten
10 Versta de hemelse creaturen of schepselen, als donder, bliksem, hagel, sneeuw, stormen, enz., of de engelen.
 
7 Beschaamd moeten wezen allen die 11de beelden dienen, die zich op 12afgoden beroemen; buigt u neder voor Hem, alle 13gij goden.
11 Hebr. het gesneden of gegraven beeld.
12 Zie Lev. 19:4. 1 Sam. 12:21. verwijsteksten
13 Dat is, engelen. Zie Ps. 8:6. Hebr. 1:6. En zie de vervulling dezer woorden in Christus, Mark. 1:13. Luk. 2:13, 14. Hebr. 1:7. Openb. 5:11, 12. verwijsteksten
 
8 14Sion 15heeft gehoord en het heeft zich verblijd, en 16de dochteren van Juda hebben zich verheugd, vanwege Uw oordelen, o HEERE.
14 Dat is, de kerke Gods, zo der Joden als der heidenen.
15 Te weten de oordelen en straffen Gods over Zijn vijanden, als blijkt uit het einde van dit vers.
16 Versta de inwoners van het Joodse land, als Ps. 48:12, en voorts van de ganse kerk. verwijsteksten
 
9 Want Gij, HEERE, zijt de Allerhoogste over de gehele aarde; Gij zijt zeer hoog verheven boven alle 17goden.
17 Als vers 7. verwijsteksten
 
10 Gij liefhebbers des HEEREN, ehaat het kwade; Hij bewaart de zielen Zijner gunstgenoten, Hij redt hen uit der goddelozen hand.
e Amos 5:15. Rom. 12:9. verwijsteksten
 
11 18Het licht is voor den rechtvaardige 19gezaaid, en vrolijkheid voor de oprechten van hart.
18 Dat is, voorspoed en geluk, vreugd en blijdschap, als Esth. 8:16. Zie Job 18 op vers 6. verwijsteksten
19 Het gaat met den troost die den vromen bereid is, gelijk met het zaad dat in de aarde geworpen wordt, hetwelk zo terstond niet opgaat, maar het blijft dikwijls lang in de aarde liggen eer het voortkomt; doch het brengt daarna schone vruchten voort. De rechte vreugd en vrucht der kinderen Gods is hun in den hemel bereid, maar nu verborgen.
 
12 Gij rechtvaardigen, verblijdt u in den HEERE, en spreekt lof 20ter gedachtenis Zijner heiligheid.
20 Dat is, dat Zijn heiligheid moge in gedachtenis gehouden worden, als Ps. 30:5. verwijsteksten

Einde Psalm 97